.
.
.
.
.
De mensen zijn kleurrijk gekleed maar dragen een realiteitszin met zich mee die ons doet denken aan droefheid, gelatenheid.
.
De markt te Bati was nog groter en overdonderend dan de Senbeta markt. De plaatselijke gids trok met ons over de markt. Ik was blij dat mijn begeleider, Alex, vandaag ook mee ging op de markt. Het was terug even wennen dat ik als enige blanke tussen al deze zwarte mensen liep en eigenlijk de attractie van de markt was. Binnen enkele dagen is dat gevoel weg maar nu was het er nog.
.
Alex ging ook eens foto’s nemen. Van vrienden had hij een fototoestel gekregen en wou hij enkele jonge meisjes met de speciale haardracht fotograferen voor zijn website. Met zijn toestel waar hij door het LCD-scherm moest zien om te kadreren had hij met het sterke licht wat problemen en daar kon ik mooi van profiteren om rustig foto’s te nemen want de aandacht van de mensen ging naar hem uit.
.
.
Vandaag trekken we van Kombolcha (bij Dessie) naar Bati, ongeveer 80 km heen en terug. Bati is de stad waar wekelijks op maandag de markt gehouden wordt. Waar de markt in Senbeta vooral de Oromo people aantrekt is dit in Bati vooral de markt voor de Afar people.
De Afar zijn een half nomadenvolk. Hun grond is uitgedroogd, er is weinig water te vinden en bijna geen vegetatie voor hun runderen. Daarom proberen ze steeds de grond in te nemen van de Oromo waardoor ze bijna constant op voet van oorlog leven. De Afar doden een Oromo en de Oromo doden dan weer een Afar. Daarom is het dikwijls verboden voor de Afar om naar de zondagmarkt te gaan in Senbeta. Toen ik er was, werden de Afar niet toegelaten op de zondagse markt in Senbeta omdat er weer problemen waren.
.
.
.
.
.
.